Vanaf 2030 mogen biobrandstoffen niet meer gemaakt worden van voedingsproducten zoals palmolie en sojabonen. Dat stelt de Europese Richtlijn Hernieuwbare Energie. In de plaats komt de tweede generatie biobrandstoffen gemaakt uit afval. Diesel en benzine moeten het komende decennium een toenemend percentage van die duurzamere biobrandstoffen bevatten. Met de nieuwe biodieselfabriek – goed voor een investering van 150 miljoen euro – zit Cargill alvast op het juiste spoor. De fabriek zal biodiesel maken op basis van verschillende soorten stromen, waaronder rioolslib en vetresten uit de vleesindustrie die niet meer geschikt zijn voor honden- of kattenvoer.
Brede waaier aan grondstoffen
De installatie maakt gebruik van een technologie ontwikkeld door het Oostenrijkse BioEnergy International. Alexis Cazin, directeur van Cargill Biodiesel in De Tijd: "De fabriek zal niet draaien op één bepaalde afvalstroom, maar biodiesel maken op basis van uiteenlopende soorten vet en afval waarvoor geen andere toepassing is." Biodieselfabrieken in onder andere het Verenigd Koninkrijk en Hong Kong maken ook al gebruik van dit principe.