ILVO en VITO hebben in oktober van dit jaar opnieuw een update gegeven van de stand van zaken van de Vlaamse bio-economie tot 2019. In deze studie worden alle economische activiteiten die gebruik maken van biologische hulpbronnen onder de loep genomen.
Vanuit economisch oogpunt blijft de Vlaamse bio-economie het goed doen: tussen 2016 en 2020 steeg haar toegevoegde waarde met 21%. De stijging is meer dan drie keer zo groot als deze van de totale fysieke economie. In termen van toegevoegde waarde, omzet en tewerkstelling is de Vlaamse voedingssector de grootste bio-economische sector. De biogebaseerde farmaceutische sector behaalt in 2020 de hoogste toegevoegde waarde per werknemer. De grootste relatieve groei zien we in de drankensector, met een toename van de toegevoegde waarde met 50% tussen 2016 en 2020. Ook de sectoren landbouw, hout, biogebaseerde chemie, en rubber en bioplastics doen het goed. Visserij en aquacultuur en de biogebaseerde textielsector doen het in termen van toegevoegde waarde iets minder goed.
De volledige studie kan je hier terugvinden.
